1. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024
Gemeentelijk beleid
Uitgangspunt voor de Onroerendezaakbelasting (OZB) en de toeristenbelasting is een trendmatige aanpassing van de begrote opbrengst, dat wil zeggen een mutatie als gevolg van de algemene prijsontwikkeling conform de korte termijnraming van het CPB. Voor 2024 leidt de trendmatige aanpassing van deze begrote opbrengsten tot een verhoging van 6,2%.
Voor de overige belastingen en heffingen geldt als uitgangspunt dat deze kostendekkend in de begroting worden verwerkt. Dit is conform de begrotingsrichtlijnen 2024 zoals die door de raad zijn vastgesteld.
Afvalstoffenheffing
De totaal begrote kosten (saldo van opbrengsten en uitgaven) van de afvalinzameling bedragen voor 2024 € 6,246 miljoen. Dit is een stijging van € 0,42 miljoen ten opzichte van 2023. Deze stijgingen ontstaan door:
- Hogere personeelskosten als gevolg van de in 2023 afgesloten cao-gemeente 2023 (+ € 0,07 miljoen).
- Hogere overheadkosten (+ € 0,14 miljoen). Deze stijgen vooral doordat er geïnvesteerd moet worden in de ICT om deze toekomstbestendig te maken. Verder wordt ingezet op meer participatie (extra formatie communicatie. Ook bij de andere teams welke tot de overhead gerekend worden hebben extra versterkingen in de vorm van extra formatie plaatsgevonden.
- Hogere overige kosten (+ € 0,21 miljoen) o.a. voor afvalverwerking.
Op basis hiervan is het tarief voor meerpersoonshuishoudens van de afvalstoffenheffing voor 2024 op € 333,60 (2023: € 313,56) berekend. Dit is een stijging van 6,4% ten opzichte van 2023, terwijl volgens de begrotingsrichtlijnen 2024 nog een trendmatige aanpassing van +6,2% zou worden doorgevoerd. 0,2% hoger is een relatief kleine afwijking.
2. Overzicht geraamde inkomsten per belastingsoort
Voor 2024 worden de volgende inkomsten verwacht. Ter vergelijking zijn cijfers uit voorgaande jaren opgenomen.
Omschrijving | Rekening 2022 | Begroting 2023* | Begroting 2024 | % van de totale opbrengst |
---|---|---|---|---|
01. Afvalstoffenheffing | 5.657.456 | 5.828.231 | 6.245.731 | 23,5% |
02. Hondenbelasting | 177.384 | 177.089 | 0,0% | |
03. Leges algemeen | 2.753.472 | 1.440.694 | 1.461.289 | 5,5% |
04. Lijkbezorging | 118.693 | 176.818 | 187.781 | 0,7% |
05. Onroerend zaakbelasting | 13.367.122 | 13.961.080 | 14.831.014 | 55,8% |
06. Rioolheffing | 3.223.262 | 3.437.717 | 3.594.861 | 13,5% |
07. Toeristenbelasting | 227.317 | 230.234 | 244.509 | 0,9% |
Totale opbrengst | 25.524.706 | 25.251.863 | 26.565.185 | 100,0% |
* Stand na 1e Bestuursrapportage 2023 |
3. Lokale lastendruk
In onderstaande tabel wordt de verwachte lokale lastendruk in Houten in 2024 weergegeven. Het uitgangspunt is een meerpersoonshuishouden. Voor de berekening van de onroerend-zaakbelasting is uitgegaan van een trendmatige aanpassing van het tarief.
Lokale lastendruk | bedragen x € 1 | |||
Omschrijving | Rekening 2021 | Rekening 2022 | Begroting 2023 | Begroting 2024 |
---|---|---|---|---|
Afvalstoffenheffing | 316 | 310 | 314 | 334 |
Rioolheffing | 148 | 150 | 157 | 167** |
Totaal gebruiker | 464 | 460 | 471 | 501 |
OZB-eigenaar gedeelte | 384 | 397 | 421 | 447 |
Totaal eigenaar / gebruiker | 848 | 857 | 892* | 948 |
*wijkt ook in af van de bedrag vermeld door Ceolo.
**Is gebaseerd op het tarief 2023 x afgesproken percentage inflatie-correctie van 6,2%. In het najaar van 2023 wordt er een nieuw Water- en RioleringsPlan(WRP) vastgesteld, waarin ook nieuwe tarieven bepaald worden.
Berekeningsmethode Coelo:
Huishoudens die ozb betalen hebben een koopwoning. Tot en met 2021 publiceerde het CBS alleen de gemiddelde WOZ-waarde voor zowel koop- als huurwoningen. De waarde van huurwoningen is over het algemeen lager dan die van koopwoningen. Als je uitgaat van de gemiddelde WOZ-waarde van koop- en huurwoningen samen dan ga je dus in de meeste gemeenten eigenlijk uit van een te lage waarde als je wilt laten zien wat een huishouden met een koopwoning gemiddeld betaalt.
Deze manier zorgt voor een bedrag in 2023 van € 950 bij het Coelo. Hierboven blijft het overzicht in stand om historische vergelijking te blijven monitoren.
Om een beeld te geven van hoe de lokale lasten zich vanaf 2019 hebben ontwikkeld zijn hieronder de tarieven afvalstoffenheffing, rioolheffing en ozb/eigenaar grafisch weergegeven.
Bij de calculatie voor de woonlasten voor meerpersoonshuishouden (mphh) die COELO voor 2023 hanteert, staat de gemeente Houten op de 183e plaats (€ 950). In 2022 was dit de 173e plaats. Provinciaal staat Houten op de 7e plaats (2022:7e).
In onderstaande tabel zijn enkele vergelijkende cijfers uit de Atlas van de lokale lasten 2023 opgenomen.
Vergelijking woonlasten mphh | |||
---|---|---|---|
Omschrijving | Woonlasten hh Coelo | Procentuele vergelijking | Positie ranglijst |
Landelijk goedkoopste gemeente (Aalten) | 652 | 69% | 1 |
Gemeente Houten | 950 | 100% | 183 |
Landelijk duurste gemeente (Bloemendaal) | 1.874 | 197% | 352 |
Provinciaal goedkoopste gemeente (Veenendaal) | 773 | 81% | 1 |
Gemeente Houten | 956 | 100% | 7 |
Provinciaal duurste gemeente (Montfoort) | 1.228 | 128% | 26 |
4. Indicatoren
In onderstaande tabel zijn de van toepassing zijnde relevante BBV-indicatoren binnen het taakveld 'Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ontwikkeling en stedelijke vernieuwing (Vhrosv)' per 1 januari van het betreffende jaar opgenomen.
Realisatie | Raming | |||||
Omschrijving | Bron | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Gemeentelijke woonlasten in euro eenpersoonshuishouden (BBV) | Coelo | 623 | 662 | 723 | 756 | X* |
Gemeentelijke woonlasten in euro meerpersoonshuishouden (BBV) | Coelo | 789 | 853 | 912 | 950 | X* |
Gemiddelde WOZ-waarde per € 1.000 (BBV) | CBS | 350 | 378 | 418 | 504 | X* |
* De gegevens 2024 kunnen nog niet bekend zijn. Worden bepaald door de bepaling tarieven 2024 en de bepaling WOZ-waarde basis voor de berekening van de OZB-tarieven 2024. |
5. Kostenonderbouwing gemeentelijke heffingen
Voor de rioolheffing en de afvalheffing volgen hieronder de verplichte kostenonderbouwing:
Berekening van kostendekkendheid riolen | 2024 | ||
---|---|---|---|
Kosten taakveld(en) incl. (omslag)rente | -2.523.038 | ||
Inkomsten taakveld(en), excl. Heffingen | 0 | ||
Netto kosten taakveld | -2.544.716 | ||
Toe te rekenen kosten: | |||
Overhead incl. (omslag)rente | -488.292 | ||
BTW | -583.531 | ||
Totale kosten | -3.594.861 | ||
Opbrengst heffingen | 3.594.861 | ||
Dekking | 100% |
Berekening van kostendekkendheid afval | 2024 | |
---|---|---|
Kosten taakveld(en) incl. (omslag)rente | -5.575.198 | |
Inkomsten taakveld(en, excl. Heffingen | 832.914 | |
Netto kosten taakveld | -4.742.284 | |
Toe te rekenen kosten: | ||
Overhead incl. (omslag)rente | -673.214 | |
BTW | -830.233 | |
Totale kosten | -6.245.731 | |
Opbrengst heffingen | 6.245.731 | |
Dekking | 100% |
6. Kwijtscheldingsbeleid
Bij kwijtschelding van belasting wordt de 100% norm van de relevante bijstandsnorm gehanteerd. Voor de overige regels wordt rijksbeleid gevolgd. Op grond van de belastingverordeningen kan alleen kwijtschelding worden verleend voor de afvalstoffenheffing, hondenbelasting (alleen de eerste hond), rioolheffing en in zeer uitzonderlijke gevallen de onroerende-zaakbelasting. Voor de overige belastingen en heffingen wordt geen kwijtschelding verleend. De beoordeling van de kwijtscheldingsverzoeken is met de uitplaatsing van Belastingen vanaf 2015 ondergebracht bij de BghU.
In onderstaande tabel zijn de totaalbedragen van de verleende en verwachte kwijtschelding opgenomen:
Heffingsjaar | Rekening 2021 | Rekening 2022 | Begroting 2023* | Begroting 2024 |
---|---|---|---|---|
Kwijtgescholden bedrag | 249.854 | 246.836 | 235.597 | 236.047 |
* Stand na 1e Bestuursrapportage 2023 |